“Black Mirror” maar dan echter en erger

Iedereen vindt moderne technologie allemaal gezellig en leuk enzo, totdat ze eens een aflevering van “Black Mirror” hebben gezien en helemaal beginnen te freaken. Maar ik heb geen futuristische/apocalyptische/1984-achtige Netflix-serie nodig om mij ongemakkelijk te voelen door bepaalde technologieën.

Zo voel ik mij al sinds mijn eerste week op mijn werk persoonlijk aangevallen door het geurding in de toiletten. Dat rotding springt altijd aan zodra ik binnenkom in het wc-kotje, alsof ik een mega vortige stinkende vetlap ben wiens lichaamsgeur alleen al de sensoren van dat geurding als dusdanig triggeren dat het onmiddellijk van die vieze lavendel moet beginnen rondspuiten.

geurding ps

Ook als ik lekker lig te chillaxen in mijn zetel in mijn chillkleren onder mijn deken en met mijn Pepsi Max, word ik lastiggevallen door technologie. Wanneer Netflix mij na een compleet arbitrair verloop van tijd vraagt “of ik er nog ben?”, word ik instant superzelfbewust van mijn vrijetijdsbesteding terwijl Netflix toch eigenlijk werkelijk totaal geen zaken heeft met of ik er nog ben of niet.

netflix ps

Waar de mysterieuze algoritmes van het internet mij zowel begrijpen in het diepst van mijn verlangens alsook mij extreem onzeker maken over mijn interesses, is het suggereren van YouTube-filmpjes en podcasts, gebaseerd op mijn voorkeuren. Enerzijds ben ik blij dat YouTube en podcasts-apps weten dat ik enkel geïnteresseerd ben in griezelige true crime docu’s over de ergste zondaars van de wereld, anderzijds voel ik me toch steeds nogal gegeneerd als er mij voorgesteld wordt om meer te zien van “Britain’s Darkest Taboos” of als er mij gevraagd wordt of ik genoten heb van de laatste podcast van “Small Town Murder”. (Een keer was ik op een familiefeest en wilde ik foto’s van mijn kat laten zien aan mijn tante, want zo ben ik wel, en unlockte ik mijn GSM en stond deze Google Search nog open. Niet omdat ik een fetisjist ben van mannen in vrouwenlingerie maar wel omdat ik eerder die dag een documentaire had gezien over deze enge onderbroeken-verzamelende crimineel. Ik heb zelfs geen poging ondernomen om dit uit te leggen en ben gewoon overgegaan tot foto’s van Kali.)

psychopaat

Onzeker over mijn intelligentie word ik dan weer van die aartsmoeilijke Captcha-challenges waarbij ik moet bewijzen dat ik geen robot ben door absurde en compleet onmogelijke opdrachten uit te voeren zoals het herkennen van verkeersborden en auto’s op foto’s. Eerst denk ik nog “jaaaa da’s keigemakkelijk, in het echte leven herken ik zeer zeker auto’s van andere voertuigen!”, maar dan komen de foto’s die allemaal supervaag en dubbelzinnig zijn, slaat de angst mij om het hart en maak ik blijkbaar de ene fout na de andere.

captcha

Spotify heeft dan weer een tijdlang gedacht dat ik een of andere geobsedeerde Germanofiel was door mij maandenlang akelige Duitse liedjes op te dringen in mijn “Discover Weekly”.

spotify

Tevens werd ik door moderne technologie pijnlijk en gedwongen geconfronteerd met mijzelf als ik 9997889898 liter Pepsi Max wilde bestellen bij CaddyHome. Zelfs na ettelijke bestellingen en leveringen bleef de website mij vragen of ik zeker was van deze hoeveelheid.

caddyhome kutwinkel pepsi max nom

(Ter info: de gebruikte foto’s van mezelf heb ik niet eens moeten trekken voor deze gelegenheid, ik heb die op mijn GSM gevonden want blijkbaar had ik in een overdramatisch moment een serie foto’s naar mijn vriend gestuurd toen ik eens een dag ofzo een polsbrace moest dragen.)

Disproportioneel lastige dingen

Van sommige dingen weet iedereen dat ze lastig zijn. Aanschuiven voor koffiekoeken op zondag, in de file staan, dringend batterijen nodig hebben maar er geen vinden en dus de batterijen uit uw tv-kaske moeten nemen, roltrapleuningen die sneller gaan als de roltrap zelf, bellen naar de klantendienst van Scarlet, pendelen… Slechts enkele voorbeelden van overduidelijke ergerlijkheden die een mens in zijn leven moet doorstaan. Sommige dingen zijn echter eveneens uiterst onuitstaanbaar, maar dermate triviaal, dat er minder aandacht aan wordt besteed. Op deze blog is er echter wel een plaats voor zulke dingen: deze post gaat over onbenullige, maar disproportioneel lastige dingen, problemen waarvan het belang omgekeerd evenredig is met de ergerlijkheid ervan.

Fietsen op de Rooseveltplaats is zo’n disproportionele marteling. Wat een simpel fietstochtje van 5 minuten zou moeten zijn -van mij thuis naar het station-, mondt dagelijks uit in hartkloppingen, omgevallen bomma’s en scheldpartijen. Vooral het stuk van de Gemeentestraat, na het oversteken van de Van Ertbornstraat, waar tram 10 en 11 stoppen, is een aartsmoeilijk hindernissenparcours van mensen die rustig staan te chillen, mensen die bruut van de trams stappen, bomma’s die verdwaald zijn en koppeltjes die rustig aan’t wandelen zijn. OP HET FIETSPAD. Ik begin al 10 meter op voorhand te rinkelen met mijn fietsbel, waardoor 24% van bovengenoemde mensen rond zich begint te kijken, zich afvragend wie er in de weg loopt “want ik ben het zeker nie”, 27% van bovengenoemde mensen zich omdraait en een stap doet in de richting waarnaar ik met mijn fiets net aan het uitwijken was en de overige 49% kwaad wordt omdat ik durf te fietsen op een fietspad (OMG!). De onverklaarbare doch legendarische verkeersagressie die in mij schuilt -een blogpost op zich waard-, gecombineerd met een ochtendhumeur, kan alleszins goed botvieren zo ‘s ochtends om 8u09 daar op de Rooseveltplaats, als ik weer eens een hersenloze troep mensen probeer te ontwijken en spitsvondige scheldwoorden tracht te bedenken om terug te roepen.

roosevelt00

Een ander huis-, tuin- en keukenprobleem is het vinden van het begin (of het einde, ‘t is maar hoe ge het bekijkt) van de plakband. Plakband is handig voor vanalles en nog wat en losse rolletjes nemen minder plaats in beslag dan van die zware lelijke plakbandhouders, maar ze zijn ook ongezien kwaadaardig. Ik kan echt NOOIT het eindje van de plakband vinden: het lijkt wel alsof het rolletje na elk gebruik het eindje opslokt zoals een Hellmouth de wereld zou opslokken. Ik begin dan geërgerd te krabben overal aan het rolletje en meen dan, als bij wonder, plots een niveauverschil op te merken, waarna ik nog harder begin te krabben en menig nagel breek, om dan tot te conclusie te komen dat het gewoon een stukje verfrommelde plakband was, maar niet het begin/einde van de plakband. Na 879978 keer tevergeefs het rondje te hebben gedaan, verander ik eens van richting om misschien zo eindelijk aan mijn knutselwerk te kunnen beginnen, maar ook dat brengt vaak geen verlossing. Soms probeer ik nog met een ander rolletje plakband, maar even vaak probeer ik het gebrek aan plakband op te lossen door mijn speeksel dan maar te gebruiken als plakmiddel. Just kidding. Maybe.

plakband0

Waar ik ook helemaal krankzinnig van word, is als ik naar muziek wil luisteren en mijn oortjes helemaal verstrengeld uit mijn sacoche komen, alsof haatdragende kaboutertjes die kabeltjes ‘s nachts met opzet in knopen komen leggen. Ik begin bij het aanschouwen van het oortjeskluwen dan steeds als een hysterische zottin at random te trekken aan de kabeltjes, alsof dat de beste methode zou zijn, om dan steeds gefrustreerder te geraken bij het zien toenemen van de oortjeschaos. Om een of andere reden kan ik mij echter niet beheersen om rustig het boeltje te ontwarren, doch benader ik de verstrengelde oortjes als een nest giftige slangen die zo snel mogelijk op gewelddadige wijze geliquideerd moet worden.

oortjes

Ik ben sowieso al geen fan van supermarkten -ik lijd aan een vorm van supermarktstress en ik beland ook altijd, ALTIJD, in de traagste rij aan de kassa-, maar geef toe: ze maken het niet makkelijk voor de motorisch minder begenadigden onder ons! Ik weet alleszins dat zowel Papzak als ikzelf moeilijkheden ondervinden bij het openen van die plastiekzakjes bij de groenten en fruit. Ze plakken zo hard aan elkaar dat ik vermoed dat er iemand in de supermarktenzakjesfabriek ook de speeksel-in-plaats-van-plakband-truc hanteert. Nog lastiger is het als het niet duidelijk is wat de boven- en achterkant is van het zakje: dan zijt ge dubbel zolang bezig met wrijven, prutsen en zuchten, totdat een vriendelijke meneer met magic hands u uit uw lijden komt verlossen.

zak

Een laatste first world problem zijn de conflicten op de Digibox. Als grote tv- en filmfan volg ik talrijke programma’s op allerlei verschillende zenders. Hoewel ik een fancy Digicorder heb van Telenet en maandelijks massa’s geld neertel voor een Whoppa-abonnement, word ik wekelijks geconfronteerd met “opneemconflicten”: blijkbaar kunnen er maar een beperkt aantal programma’s tegelijk worden opgenomen (al lijkt het ook af te hangen op welke zenders). Telkens ik iets wil programmeren en mijn Digibox aangeeft dat er een conflict is en ik dus een programma moet on-programmeren, begin ik te zweten, krijg ik keuzestress en overvalt mij het gevoel van moeten kiezen tussen mijn denkbeeldige kinderen of moeten kiezen tussen een moelleux of een chocomousse.

digibox

afscheid van een vriend

acht jaar geleden zag ik je voor het eerst. je was klein, merkte ik op, alsof je in mijn broekzak zou passen, maar je toonde al snel je ware grootsheid en sinds dan kon ik je niet meer missen.

de eerste maanden werd je benaderd alsof je van glas was: met alle voorzichtigheid die ik kon opbrengen. want je was heilig, “my precious” (creepy gollum voice). toen je de eerste keer van mijn fiets viel, stond mijn hart even stil. maar na de zoveelste keer wist ik beter: je was unbreakable en kon meer aan dan ik ooit had durven denken. je verdroeg acht jaar lang mijn zotte fratsen, volgde mij als ik verloren liep, wiegde mij in slaap en klaagde nooit over mijn slechte smaak.

maar bovenal: je bracht muziek in mijn leven. dankzij jou ontdekte ik de gitaren in “evil” van interpol en leerde ik de fluisterstem van sufjan stevens beter kennen. samen luisterden we naar travis als het sneeuwde, naar death cab for cutie in de herfst, naar nada surf als ik in de lente naar de muziekschool fietste en naar the kooks als ik moest studeren voor mijn laatste examens van het middelbaar.

ook tijdens mijn universiteitsjaren was je een trouwe vriend. samen fietsten we doorheen het helse fietspaddoolhof dat de rooseveltplaats is, beleefden we mooie momenten langs de kaaien bij zonsondergang en zaten we geregeld samen op de bus naar edegem.

de overgang naar het leven van de werkende mens wist je eveneens te vergemakkelijken door mij op de trein naar brussel te vergezellen. het is datzelfde werk dat mij er echter toe brengt nu afscheid van je te moeten nemen.

ik ben je dankbaar, creative muvo tx mp3-speler, maar het is tijd om ons hoofdstuk af te ronden. ik ga een nieuwe relatie aan met een mp3-speler die mij toelaat om naar meer dan 17 verschillende liedjes te luisteren op mijn dagelijkse commute.

maar, liefste vriend, onthoud dit: je kleine geheugen van 256 MB is misschien niet meer van deze tijd, maar onze vriendschap is voor eeuwig.